Oké, eerlijk is eerlijk, hotels zijn niet bepaald mijn favoriete stek. Geef mij maar gewoon mijn eigen huis en tuin, met een glas thee in de hand, kijkend naar mijn zorgvuldig bijgehouden toentje. Maar ja, je kunt niet altijd alles hebben, toch? Soms moet je gewoon de koffers pakken en de wereld in, al is het maar om de rest van het gezin een plezier te doen. 😉
Dus daar gingen we weer, vol goede moed. En zoals altijd had ik, de eeuwige controlefreak, al maanden van tevoren het hotel geboekt waar we al tien jaar trouw komen. Geen verrassingen voor deze dame! Bij het boeken geef ik altijd dezelfde opmerking door: “Veuillez chambrer près de la sortie de secours.” Vrij vertaald: zet me maar lekker dicht bij de nooduitgang. En jawel, het was weer gelukt! Oké, het was op de eerste verdieping, maar hé, in geval van nood overleef ik die sprong wel. Zo’n nooduitgang geeft me nu eenmaal een gerust gevoel. Geen wonder dat ik een crisiscoördinator ben, toch?
Maar goed, voorbereiden op vakantie is voor mij een militaire operatie. Ik heb mijn scenario’s klaar van A tot Z, nog net niet uitgetekend in stroomschema’s. Een week voor vertrek begon ik enthousiast de vouwwagen in te pakken. Vakantievoorpret, noemen ze dat. Totdat ik de wagen opendeed en recht in de ogen van een vijand keek die ik nog niet eerder had ontmoet: schimmel. Overal. Het doek zat er vol mee. En ja hoor, daar ging mijn humeur. Mijn crisiscoördinator-brein draaide meteen op volle toeren: Hoe. Kan. Dit.
Ik heb 30 jaar ervaring met tenten drogen en opbergen. Misschien zelfs wel 50, want laten we eerlijk zijn, ik groeide praktisch op in een bungalowtent van mijn ouders. Maar nu, uitgerekend nu, zat er schimmel in mijn vouwwagen. Ik ontplofte. Serieus, ik was nog maar een paar woorden verwijderd van het ding op Marktplaats te gooien met een beschrijving als: “Grote ergernis te koop, wie biedt?!”
Maar ja, ook een crisiscoördinator moet soms gewoon even de handen uit de mouwen steken. Dus daar ging ik: boenen, schrobben, drogen, impregneren, en dat hele ritueel nog een keer van voren af aan. Uiteindelijk, na een weekend vol tranen (oké, zweetdruppels), zag de vouwwagen er weer uit als nieuw. Sterker nog, ik gaf het keukentje nog even een upgrade, want ja, als we toch bezig zijn… Met nieuwe gordijntjes erbij voelde ik me weer zo blij als een kind.
Eindelijk was het zover: de laatste werkdag was voorbij en wij waren klaar voor de Route du Soleil. Frankrijk, here we come! Onderweg luisterden we naar radio Olympia, vol trots, terwijl we hoorden hoe de waterpoloërs brons pakten. En een dag later, Sifan Hassan die goud won. Perfecte vakantie vibes.
Maar, je kent me inmiddels, natuurlijk ging er iets mis. Zo’n 150 kilometer voor onze eindbestemming zag ik rook. “Kijk daar, rook!” zei ik, met de scherpte van een havik, ook al ben ik brildragend. Natuurlijk kreeg ik het standaard antwoord terug: “Jij ook altijd met je brand.” Zucht.
Maar hé, ik was toch niet gek? De rook werd heviger en de lucht leek wel te trillen van de hitte. Toen we dichterbij kwamen, zag ik de vlammen. Een auto stond in lichterlaaie langs de weg. Gelukkig waren de inzittenden ongedeerd, maar de hitte was voelbaar toen we erlangs reden.
En daar besefte ik het weer: er zijn maar twee dingen echt belangrijk in het leven. Oké, misschien drie. Gezondheid, je naasten, en ja, misschien toch ook een goed voorbereide vakantie. Zelfs als er schimmel in je vouwwagen zit.
Dus, hoewel ik graag mopper, weet ik maar al te goed hoe goed we het hebben. Tijd om te genieten… zonder zorgen. Of nou ja, zo min mogelijk dan.
Nb Dit is vakantieblog 2024 nr 1 en is op mijn telefoon getikt. Vergeef me eventuele tik en andere foutjes.